Ga naar de inhoud

Gedragscode

Ons doel is het verlenen van zorg aan hen die dit nodig hebben, met inachtneming van de Conventie van Genève, waarbij het belang van toegang tot zorg en het waarborgen van het civiele zorgstelsel centraal staan. Daarnaast handelen we volgens de Nederlandse artseneed (2003), vastgesteld door de KNMG.

Medemenselijkheid en Compassie

Centraal in ons handelen staat medemenselijkheid en compassie, bekeken vanuit een medisch perspectief.

Neutraliteit en Principes

Wij blijven neutraal in conflicten maar handelen principieel door op te komen voor universele mensenrechten, waaronder toegang tot zorg, water, elektriciteit en het bevorderen van een staakt-het-vuren.

Vrijwillige Bijdragen

Alle bijdragen zijn vrijwillig en zullen nauwkeurig gedocumenteerd worden door de ontvanger. Deze bijdragen beïnvloeden onze gedragscode niet.

Professioneel en Respectvol Taalgebruik

Wij letten zorgvuldig op ons taalgebruik binnen zowel privé (sociale media) als professionele omgevingen. We vermijden het gebruik van beladen of polariserende termen die een kant kunnen suggereren in een conflict. Dit is essentieel om onze neutraliteit te bewaren en de integriteit van onze gedragscode te handhaven. Alle betrokkenen worden aangemoedigd om communicatie te voeren die respectvol, feitelijk en gericht is op onze humanitaire doelen.

Samenwerking

We verwachten van alle partijen die ons steunen of met ons willen samenwerken dat zij deze gedragscode naleven.

Openheid voor Bijdragen

Iedereen is welkom om bij te dragen, mits de gedragscode wordt gerespecteerd.

Nederlandse Artseneed

“Ik zweer/beloof dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens. Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten.
Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Ik zal aan de patiënt geen schade doen. Ik luister en zal hem goed inlichten. Ik zal geheim houden wat mij is toevertrouwd.
Ik zal de geneeskundige kennis van mijzelf en anderen bevorderen. Ik erken de grenzen van mijn mogelijkheden. Ik zal mij open en toetsbaar opstellen.
Ik ken mijn verantwoordelijkheid voor de samenleving en zal de beschikbaarheid en toegankelijkheid van de gezondheidszorg bevorderen.
Ik maak geen misbruik van mijn medische kennis, ook niet onder druk.
Ik zal zo het beroep van arts in ere houden.
Dat beloof ik.

Of

Zo waarlijk helpe mij God almachtig.”